Voet- en schoenmaten
Wereldwijd worden er verschillende schoenmaatsystemen toegepast. In sommige landen bestaat zelfs per schoensoort (herenschoenen, damesschoenen, sportschoenen enz.) een schoenmaatsysteem.
Bij het bepalen van de schoenmaat, is de lengte van de voet een belangrijk gegeven. Deze wordt doorgaans bepaald door de afstand van de achterzijde van de hiel tot en met de voorzijde van de langste teen op te meten. Deze meting wordt staand en op blote voeten uitgevoerd waarbij men het gewicht, op natuurlijke wijze, verdeeld over beide voeten.
Bij veel mensen verschilt de lengte van de linker- en rechtervoet onderling. Om tot de juiste schoenmaat te komen, moeten daarom altijd beide voeten opgemeten worden. De langste voet is vervolgens het uitgangspunt. Mocht het lengteverschil aan de zijde van de kleinere voet problemen geven, dan biedt een MYSOLE™ inlegzool uitkomst.
Elke schoen is toepasbaar voor de bijbehorende voetlengte en voor enkele lengtes die binnen een kleine tolerantie vallen. De binnenlengte van de schoen moet 15-20 mm langer zijn dan de voet (overlengte). De hoeveelheid overlengte is echter afhankelijk van het schoentype. Een wandelschoen vereist bijvoorbeeld meer overlengte dan een voetbalschoen.
Maattabel
SYSTEEM |
MATEN |
||||||||||||||||
EUROPA |
|
35 |
36 |
37 |
38 |
39 |
40 |
41 |
42 |
43 |
44 |
45 |
46 |
47 |
48 |
49 |
50 |
UK |
M |
3 |
4 |
4½ |
5½ |
6½ |
7 |
7½ |
8 |
9 |
10 |
10½ |
11½ |
12 |
13 |
14 |
14½ |
V |
2½ |
3½ |
4 |
5 |
6 |
6½ |
7 |
7½ |
8½ |
9½ |
10 |
|
|
|
|
|
|
US |
M |
3½ |
4½ |
5 |
6 |
7 |
7½ |
8 |
8½ |
9½ |
10½ |
11 |
12 |
12½ |
13½ |
14½ |
15 |
V |
5 |
6 |
6½ |
7½ |
8½ |
9 |
9½ |
10 |
11 |
12 |
12½ |
|
|
|
|
|
|
Centimeters (voetlengte) |
|
21,3 |
22,0 |
22,7 |
23,3 |
24,0 |
24,7 |
25,3 |
26,0 |
26,7 |
27,3 |
28,0 |
28,7 |
29,3 |
30,0 |
30,7 |
31,3 |
Algemene informatie.
Al onze MYSOLE™ inlegzolen worden verwijderd uit de originele verpakking en verzonden in een envelop welke door uw brievenbus past. Hierdoor kunt u op de verzendkosten besparen.